Ad van de Laar – IVN natuurgids Mark&Donge 21-9-2023

Fietsend op het fietspad langs de Mark verwonder en bewonder ik de berm en de prachtige walkant van de rivier. Soms fietst ik door ’n haag met links en rechts van het pad een meter hoge brandnetels. Door menig blote benen fietser verafschuwt en vervloekt, maar als plant een erg hoge natuurwaarde. Deze kwalijke plantensoort heeft zich bewapend met talloze vlijmscherpe haartjes. Brandnetel en dagpauwoog (Inachis io) zijn aan elkaar verbonden, daar de grote brandnetel de waardplant (‘gastheer’) is van o.a. vlinders als dagpauwoog en kleine vos. De brandnetel is ‘n onooglijk plant, die in het wilde weg woekert op alle soort plaatsen, afvalbergen, kaalslag, tuinen, mesthopen en dus langs fietspaden overal waar we hem liever niet willen hebben. De pretbederver van de tuinier. De gesel van blote zomerbenen. En daarom is het de brandnetel juist te doen. Hij wil niet of moeilijk te benaderen zijn. Vandaar deze lofzang voor dit lelijk vervelend onkruid!

Dagpauwoog (met vier ogen!) Foto Ellen Rijken

 

Net als vele andere planten heeft de brandnetel zich uitgerust met efficiënte verdedigingswapens, die ervoor moeten zorgen dat hij niet door Jan en alleman wordt verslonden of vertrapt. Dit wapensysteem wordt gevormd door talloze vlijmscherpe haartjes, die al bij de geringste aanraking afbreken en de onbeschermde lichaamsdelen van de vermeende vijand binnendringen. Niet alleen blote zomerbenen zijn kwetsbaar, maar ook de gevoelige snuiten van plantenetende dieren. Het gevolg is dat mens en dier in een wijde boog om brandnetelbosjes heenlopen. Dit zijn de minst betreden plekjes in onze natuur. Op de top van elk brandnetelhaartje zit een dopje, dat meteen afbreekt wanneer het aangeraakt wordt. Ogenblikkelijk verdwijnt de stijve schacht van de haar in de huid van de belager, waarbij de giftige vloeistof in het wondje wordt gespoten. Zo, en dan maar krabben!

Beschermer voor zijn gasten

Geen wonder dat vele kleine zoogdieren, vogels en insecten profiteren van dit af weermechanisme. Ook onze "mooie", dagpauwoog, zoekt veiligheid en bescherming in het netelbos. Het is een populaire vlinder door zijn fraaie kleurtekening. Het stekelige, ontoegankelijke brandnetelbos vormt voor hem de ideale voortplantingsplaats. Daar wordt gestoeid en gepaard en daar worden de eitjes afgezet, op de jonge, sappige brandnetelscheuten. De rupsen ondervinden, evenmin als de volwassen vlinders, geen enkele hinder van de brandharen. Daarvoor zijn ze niet alleen te licht, maar is bovendien hun huid niet sterk genoeg. Integendeel: de brandnetelbladeren worden door de rupsen met smaak gegeten en vormen de pauwoognakomelingen. Vanaf half mei krioelen de zwarte, harige rupsen in grote aantallen over hun gedekte tafeltjes. De bescherming door de brandharen zorgt ervoor dat aan het einde van de zomer en in de herfst de dagpauwoog en zijn mede brandnetelbewoner, de kleine vos, onze meest voorkomende vlinders zijn.

Vervelende prikkers

Bleef het maar bij een simpele steek! Nee elk brandhaartje is een kwaadaardig ding. Het is niet alleen scherp, maar bovendien hard en hol, zodat het nog het meeste weg heeft van een injectienaald. Binnenin bevindt zich een vloeistof, die histamine bevat een goedje dat allerlei allergische reacties teweegbrengt, alsmede een stof die sterk lijkt op het door wespen geproduceerde gif. Dikwijls zijn de dagpauwoog en kleine vos elkaars rivalen. Het vormt hun beider territorium, waarin grondig wordt gepatrouilleerd. Beide storten zich, met een agressiviteit die u van vlinders niet zou verwachten, niet alleen op binnendringende vliegen, bijen en wespen, maar ook op elkaar. Bij een beetje burenruzie blijft het echter. Nooit vallen er slachtoffers, daarvoor zijn vlinders niet bewapend. Altijd wint de gemeenschapszin het van de rivaliteit. Het gemeenschappelijke is het bolwerk van prikkelingenstengels en bladeren: in het brandnetelbosje. Stoort u zich dus maar niet aan zo'n ruig hoekje in uw tuin of akkertje, laat a.u.b. wat brandnetels staan. U krijgt er prachtige vlinders voor.

Échte Gele Luzernevlinder in Veerle's pluktuin Sulkerpad.
Foto: Ria Lambregts

 

 


Markandalletjes

  • Het weer kentert, het is nog stil, toch wat meer vogelpiepjes.
  • Inspraak van IVN Mark&Donge, Markkant, Groene Koepel bij Waterschap over ontwerp Markdal-Zuid (Galder-Strijbeek). Daarom aandacht voor meer stroomsnelheid in meanders, aanleg van de fiets/wandelpaden nu, en vogel- en natuurvriendelijke inrichting. Met heiningen, heggen, etc. Complimenten voor burgerinitiatief Vereniging Markdal. Voorstel het als hamerstuk goed te gaan keuren! Vaart maken is zeker belangrijk!
  • Gegidste wandeling Wortel Kolonie. Zondag 17 september. 10-12u30. Rijke natuur en geschiedenis van Unesco Landlopers Kolonie. Kolonie 41, Wortel (B). Natuurpunt Markvallei.
  • Zaterdag 23 september. 13u . Wethouder Peter Bakker opent Groene Kades langs Nieuwe Mark. Markendaalseweg (Breda). Wandelingen en workshops. Zie o.a. IVN Mark&Donge, KNNV.
  • Bleeke Heide: zes Dodaarsjes, dozijn Lepelaars, Rode Wouw (Frans Dillen). Merkske: Visarend (Tom Voet), zestig gezellige Puttertjes (Stijn Leestmans), IJsvogel (Ted Overmeer). Markdal: veertig vertrekkende Ooievaars (Helmut van Pol), ‘delayed’ Tjiftjaf (Nico_natuur, Harry van Vugt), zeldzame Draaihals (Harry) zoekend naar al die gevlogen metgezellen.  
Majestueuze Rode Wouw (met gevorkte staart).
Foto Ria Lambregts.